Food Contact Materials
Waar voedselveiligheid en prestatie elkaar ontmoeten.
Wat doen we:
Materialen en artikelen voor voedingscontact kunnen bestaan uit verschillende materialen, zoals plastic, karton, metalen, inkt, lijm en nog veel meer.
Het gaat niet uitsluitend om verpakkingen, maar ook om een breed scala aan materialen en artikelen die in contact komen met voedingsmiddelen tussen de oogst, de productie en de consumptie ervan, zoals keukengerei of voedselverwerkingsapparatuur.
Voedingscontactmaterialen moeten voldoen aan de EU-regels met betrekking tot de veiligheid van contact met voedingsmiddelen en aan de technische verwachtingen met betrekking tot het optimaliseren van de houdbaarheid van onze voedingsmiddelen.
De FCM-afdeling van IBE-BVI levert analytische diensten en advies om aan te tonen dat materialen die in contact komen met levensmiddelen voldoen aan de EU-verordening en karakteriseringstesten zoals de doorlaatbaarheid van gassen door een materiaal.
Food Contact Materials
What is Food Contact Materials?
Ons eten en drinken zit vaak in verpakkingen of komt in contact met bijvoorbeeld keukenapparatuur, bestek en borden. Deze worden beschouwd als materialen die in contact komen met voedingsmiddelen.
Het is essentieel om deze materialen te testen op mogelijke gevaarlijke chemische stoffen die kunnen migreren naar het voedsel en de dranken die we consumeren.
In Europa moeten alle FCM's worden geproduceerd volgens de EU-regelgeving, die ervoor zorgt dat een mogelijke overdracht van chemicaliën naar voedingsmiddelen de gezondheid van de consument niet in gevaar brengt.
Conformiteitstesten
Compliance Testing
Verpakkingen en materialen die bestemd zijn om rechtstreeks in contact te komen met levensmiddelen moeten voldoen aan de verschillende vereisten met betrekking tot voedselveiligheid. De materialen en voorwerpen mogen hun bestanddelen niet aan het levensmiddel afgeven in hoeveelheden die de menselijke gezondheid in gevaar kunnen brengen en/of de samenstelling van het levensmiddel op onaanvaardbare wijze kunnen wijzigen of een aantasting van de kleur, smaak of geur van het levensmiddel kunnen veroorzaken.
Migratie
Migratietesten worden gebruikt om de mate van inertie van een materiaal te meten. Het meten van migratie is essentieel om te bewijzen dat materialen hun bestanddelen niet overdragen aan het voedsel in hoeveelheden die de menselijke gezondheid in gevaar kunnen brengen en/of de samenstelling van het voedsel op een onaanvaardbare manier kunnen veranderen.
Niet-gerichte screening
Met deze test kunnen (semi)vluchtige organische stoffen (VOC), zoals niet-opzettelijk toegevoegde stoffen (NIAS) in materialen die met levensmiddelen in contact komen, worden gedetecteerd en geïdentificeerd. De test kan worden uitgevoerd op het materiaal zelf of op extracten ervan of levensmiddelsimulanten.
Sensorische analyse
Deze tests zijn bedoeld om te controleren of materialen de smaak en geur van voedingsmiddelen niet beïnvloeden.
Na een test gebaseerd op het protocol van L. Robinson en de norm EN 1230, wordt de evaluatie uitgevoerd door een paneltest (driehoektest).
Gasdoorlaatbaarheid
Gasdoorlaatbaarheid
De doorlaatbaarheid van gassen (O2, N2, waterdamp...) door verpakkingsmaterialen (plastic, folies) heeft een invloed op de algemene houdbaarheid van voedingsmiddelen en op de kwaliteit van de verpakte producten. Het testen van deze verpakkingsmaterialen is noodzakelijk om inzicht te krijgen in deze eigenschappen. IBE-BVI heeft verschillende instrumenten om de gasdoorlaatbaarheid van materialen, folies en verpakkingen te bepalen. Op basis van de testresultaten kan een optimale materiaalkeuze voor een verpakking worden gemaakt.
Water vapor transmission rate (WVTR)
De waterdampdoorlaatbaarheid van vlakke materialen en kleine verpakkingen kan bij IBE-BVI worden gemeten met een Mocon PERMATRAN-W 3/34H. Dit instrument is bedoeld om mediumtot hoge barrières te meten, met behulp van een infraroodsensor, bij een bepaalde testtemperatuur en een bepaalde relatieve vochtigheid. Dit wordt uitgevoerd volgens ASTM F1249.
Oxygen transmission rate (OTR)
Voor het meten van de zuurstofdoorlaatbaarheid van vlakke materialen en kleine verpakkingen maakt IBE-BVI gebruik van een Mocon OX-TRAN 2/22L. Dit apparaat meet de OTR door middel van een coulometrische sensor bij een gegeven testtemperatuur en gegeven relatieve vochtigheid. Deze test kan worden uitgevoerd volgens ASTM D3985, ASTM F1927 en ASTM F1307.
V&A
Q&A
Het gebruik van gerecycleerde kunststof voor voedselcontacttoepassingen wordt binnen de EU gereguleerd door verordening EU nr. 2022/1616. Deze verordening geeft richtlijnen voor recyclers en converters. Meer informatie hierover vindt u op Plastic Recycling - European Commission (europa.eu)
Een andere mogelijkheid is, om bij meerlaagse materialen die met voedsel in contact komen, het gerecycleerd materiaal achter een functionele barrière te plaatsen, dit in overeenstemming met art. 13 en 14 van Verordening EU nr. 10/2011.
De definitie van materialen die met voedsel in contact komen (Verordening EG nr. 1935/2004) omvat ook materialen en voorwerpen waarvan redelijkerwijs kan worden verwacht dat ze in hun afgewerkte staat in contact worden gebracht met voedsel of hun bestanddelen overbrengen naar voedsel onder normale of voorzienbare gebruiksomstandigheden.
Voedselcontact wordt door Resolutie CM/Res (2020)9 van de Raad van Europa gedefinieerd als direct (fysiek) contact of indirect contact (via de gasfase of via verschillende verpakkingscomponenten of lagen in een meerlaags materiaal) van een materiaal of voorwerp dat met voeding in contact komt.
Het is dus een beoordeling van geval tot geval, afhankelijk van de mogelijkheid dat stoffen via de primaire verpakking of via de lucht in het voedsel terechtkomen.
Alle materialen die met voedsel in contact komen, moeten voldoen aan verordeningen EG 1935/2004 en EG 2023/2006. In België is het Koninklijk Besluit 11/05/1992 (en wijzigingen) eveneens van toepassing op alle materialen die met levensmiddelen in contact komen.
Voor kunststoffen is verordening EU 10/2011 (en wijzigingen) van toepassing.
Voor andere materialen kan er verwezen worden naar de Resolutions of naar de Policy statements van de Raad van Europa (RvE) of naar nationale wetten/aanbevelingen.
In de meeste EU-lidstaten bestaat nationale wetgeving, maar deze kan van lidstaat tot lidstaat verschillen. Het Joint Research Center (JRC) van de Europese Commissie publiceerde in 2017een studie die een overzicht bevat van de op dat moment geldende nationale maatregelen.
Om de geschikte testopstelling te bepalen, is de volgende informatie nodig:
- Uit welk materiaal bestaat het product: kunststof (polymeertype(n) / papier en karton (gecoat of ongecoat), multimateriaal, ...
- Voor welke soorten voedingsmiddelen is het product/de verpakking bedoeld (waterig, zuur, vet, ...)?
- Wat zijn de te verwachten gebruiksomstandigheden (tijd en temperatuur) van het product/de verpakking?
- Is het product/de verpakking bedoeld voor eenmalig gebruik of voor herhaaldelijk contact met levensmiddelen?
- Zijn er stoffen gebruikt bij de productie van de materialen waarvoor een specifieke migratielimiet of andere beperkingen gelden?
Het is niet verplicht om migratietesten uit te voeren met alle simulanten die zijn opgenomen in de EU-verordening nr. 10/2011. Als een controle van de migratielimiet wordt uitgevoerd voor simulant A (10% ethanol), simulant B (3% azijnzuur) en simulant D2 (plantaardige olie), wordt aangetoond dat aan de eisen voor contact met alle soorten levensmiddelen wordt voldaan. Deze drie simulanten dekken de belangrijkste mogelijke fysisch-chemische eigenschappen van voedingsmiddelen af: namelijk het hydrofiele, lipofiele en zure karakter.
In de verordeningen EU/1935/2004 of EU/10/2011 wordt geen geldigheidsdatum genoemd voor de verklaring van overeenstemming en de bijbehorende documentatie. De verklaring van overeenstemming en de migratietesten blijven dus geldig zolang de toepasselijke wetgeving niet wordt gewijzigd en het materiaal/de productiemethode die het onderwerp is van de verklaring van overeenstemming niet wordt gewijzigd.
EU-lidstaten kunnen echter aanvullende vereisten hebben voor materialen die met levensmiddelen in contact komen. Deze nationale maatregelen kunnen geldigheidstermijnen bevatten voor de Verklaring van overeenstemming en ondersteunende documentatie zoals migratierapporten. Zo bevatte het Belgische Koninklijk Besluit van 12/05/1992 een geldigheidsduur van 5 jaar voor een Verklaring van Overeenstemming.
Voedsel is een complexe matrix en daarom kan de analyse van migrerende stoffen in voedsel analytische problemen opleveren. Daarom worden testmedia (levensmiddelsimulanten) gebruikt die de belangrijkste fysisch-chemische eigenschappen van levensmiddelen vertegenwoordigen. In bepaalde gevallen kunnen specifieke migratietests direct in levensmiddelen worden uitgevoerd, maar de totale migratie kan nooit in levensmiddelen worden getest.
Additieven voor tweeërlei gebruik zijn additieven die zijn opgenomen in de EU-lijst van goedgekeurde stoffen (Europese Verordening nr. 10/2011 en wijzigingen) voor kunststoffen die met levensmiddelen in contact komen en die ook zijn opgenomen als levensmiddelenadditieven of aroma's in de Verordeningen (EG) nr. 1333/200813 en (EG) nr. 1334/200814 en de bijbehorende uitvoeringsmaatregelen. Additieven voor tweeërlei gebruik kunnen dus zowel rechtstreeks in het levensmiddel als in de verpakking aanwezig zijn.
Contacteer ons
Meld je aan voor onze nieuwsbrief!
Ontvang maandelijks updates over de verpakkingsindustrie